
Homilie Pater Paul De Bois 25 december 2025 : Kerstmis
Ik weet niet of je al eens ooit een struik te kort gesnoeid hebt. Ik heb het ooit voorgehad. Ik dacht dat de stronk die nog in de grond zat zo dood als iets was. Dor hout. Maar tot mijn stomme verbazing, de volgende lente, kwam opnieuw een piepklein groen takje tevoorschijn.
Mijn gedachten gaan naar de kampen in Gaza, en de mensonwaardige toestanden daar. Ik denk aan de kapotgeschoten levensdromen van zovele mensen in Oekraïne, Soedan, Oost-Congo en noem maar op. Ik denk aan de daklozen in onze steden.
Even zovele situaties waar er voor mensen “geen plaats is in de herberg van onze samenleving.”
Er komt me één zinnetje uit de profeet Jesaja, hoofdstuk 11, voor de geest; de tekst staat twee hoofdstukken verder dan de eerste lezing van vandaag:
Een twijg ontspruit aan de stronk van Jesse,
Een scheut ontbloeit zijn wortel.
De geest van de eeuwige rust op hem,
een geest van wijsheid en besef,
een geest van raad en sterkte,
een geest van kennis en ontzag voor de Eeuwige.
Ontzag voor de eeuwige ademt hij.
We vieren vanavond Kerstmis … een feest van hoop. Want “Het volk dat in het donker wandelt, ziet een groot licht; een licht dat straalt over hen die in de duisternis wonen. Gij hebt hun blijdschap vermeerderd, hun vreugde vergroot.” [Jes. 9, 1]
Paulus zegt het dan weer op zijn manier: “De genade van God, bron van heil voor alle mensen, is op aarde verschenen…de openbaring van onze grote Heiland, Christus Jezus”. [ Titus, 2]
Een Jubeljaar rond het thema ‘hoop’ loopt ten einde. Ik stel me de vraag: brengt Kerstmis 2025 hoop?
Lijkt het er niet een beetje op dat Kerstmis de dag van vandaag vooral met glitter te maken heeft? Met koopstress en familieverplichtingen.
Het Bijbelse kerstverhaal speelt zich af in een uithoek van een machtig keizerrijk. Een volk met een lange geschiedenis wordt er onder de voet gelopen door een technologisch superieure bezetter.
Buitenlandse soldaten controleren de straten, lokale machthebbers buigen voor de wil van de bezetter. Opstanden van boeren en tot slaaf gemaakten worden telkens opnieuw bloedig neergeslagen.
In die context raakt een jong, ongehuwd meisje zwanger. Het blijkt geen reden tot schaamte of angst te worden, maar een bron van hoop. Ze zingt zelfs een oud lied, het Magnificat, dat doordrenkt is van radicale verwachting: machthebbers zullen van hun troon vallen, de armen zullen eten, de rijken vertrekken met lege handen. Het Magnificat klinkt als een aankondiging van sociale omwenteling.
De jonge vrouw en haar verloofde worden door de bezetter verplicht om zich te laten registreren voor een volkstelling. Het koppel onderneemt een zware tocht, terwijl de bevalling nadert. In de herbergen wordt geen plek voor hen gemaakt. Ze wijken uit naar een stal, waar hun kind geboren wordt tussen de dieren. Het is een vertrouwd beeld, maar achter de kerstkaartschattigheid gaat de harde realiteit schuil van armoede, migratie en dakloosheid.
En dan volgt terreur. De lokale heerser, bang voor elk sprankje verzet, laat in het land alle jongetjes onder een bepaalde leeftijd vermoorden. De jonge familie vlucht hals over kop naar een buurland - een verhaal dat pijnlijk veel lijkt op hedendaagse vluchtelingenervaringen.
Het kerstverhaal heeft niets van een sprookje. Het is het verhaal van een jong gezin in precaire omstandigheden.
Uit uw hemel zonder grenzen
komt Gij tastend aan het licht
met een naam en een gezicht
even weerloos als wij mensen.
Als een kind zijt Gij gekomen
als een schaduw die verblindt
onnaspeurbaar als de wind
die voorbijgaat in de bomen.
Als een vuur zijt Gij verschenen
als een ster gaat Gij ons voor…
Als een woord zijt Gij gegeven
als een nacht van hoop en vrees
als een pijn die ons geneest
als een nieuw begin van leven.
[Huub Oosterhuis]
Het verhaal van de ‘heilige familie’ is een verhaal van dromen, vluchten, volhouden, terugkeren …
“Een twijg, ontsproten aan de stronk van Jesse” … zo de profeet Jesaja. De roos van ons verlangen, de bloem van Gods behagen … God komt zijn volk bezoeken…
Kerstmis vieren herinnert er ons aan dat vreugde geen vlucht voor de werkelijkheid is, maar geloven in Gods nabijheid bij vreugde en verdriet. Jezus’ geboorte wil niet al onze moeilijkheden wegnemen, maar om ons ook daarin nabij te zijn … met licht, met hoop.
Dat het Licht dat Jezus geboorte bracht dan in ons hart mag blijven branden.
Zalig Kerstmis.
o.a.m.d.g.
