
Homilie Pater Paul De Bois 1 november 2024 : Hoogfeest van Allerheiligen
Wanneer behoor je bij die grote ontelbare menigte, in witte gewaden die zingt.

Ik herneem even twee zinnen uit de eerste lezing van vandaag:
“Dat zijn degenen die komen uit de grote verdrukking, die hun gewaden hebben wit gewassen in het bloed van het Lam.”
Dit is de laatste regel uit de eerste lezing. De tekst komt uit de Apokalyps van Johannes, het laatste boek uit het de Bijbel. Zoals Jezus sprak in parabels en gelijkenissen, zo beschrijft Johannes wat hij ziet in visoenen. Johannes zag in zijn visioen …
“een grote menigte, die niemand tellen kon, uit alle rassen en stammen en volken en talen. Zij stonden voor de troon en voor het Lam, gekleed in witte gewaden en met palmtakken in de hand. En zij riepen allen luid: Aan onze God die op de troon is gezeten en aan het Lam behoort de overwinning!”
Het is als een hemelse liturgie. Onze liturgie is daar een aardse weerspiegeling van.
De palmtakken die de mensen in de hand houden herinneren ons aan Palmzondag, met de intocht in Jeruzalem. Het is de erkenning van Jezus als de Messias, Zoon van David, onze Verlosser. Het zijn overwinningspalmen, want ze juichen: “Aan onze God die op de troon is gezeten en aan het Lam behoort de overwinning!”
Hoe kom je daarbij?
Wanneer behoor je bij die grote ontelbare menigte, in witte gewaden die zingt. Is het Doopsel genoeg? Johannes beschrijft het in de tweede lezing:
“Wij worden kinderen van God genoemd en we zijn het ook”.
Die nieuwe geboorte als kind van God wordt werkelijkheid in je doopsel. Maar het gaat niet vanzelf: ‘Niet ieder die tot Mij zegt: “Heer! Heer!” zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen, maar hij die de wil doet van mijn Vader die in de hemel is” (Matteüs 7, 21).
Wanneer ben je dan heilig? Wie zijn er heilig? Wat moet je doen om een heilige te worden?
Wat leert de Bijbel ons?
Het woord ‘heilig’ wordt in de Bijbel op verschillende manieren gebruikt. Heilig in de meest unieke zin is de Heer Jezus. Een bezetene riep tegen Hem: “Ik weet Wie U bent, namelijk de Heilige van God” (Markus 1:24). Als het over dé Heilige gaat, dan gaat het over Jezus.
Maar het woord wordt ook breder gebruikt. Het wordt gebruikt voor mensen die een bijzondere zending kregen van God. Zo spreekt de Bijbel bijvoorbeeld over ‘heilige profeten’ (Handelingen 3:21) en ‘heilige apostelen’ (Efeze 3:5). Die verbondenheid van heilig zijn en God dienen zien we ook terug in de vele verzen die de engelen heilig noemen (bv. Mattheüs 25:31, 1Thessalonicenzen 3:13).
Tenslotte wordt de kring van de heiligen nog wijder getrokken, doordat alle gelovigen als heiligen worden aangesproken. Dat gebeurt al in het Oude Testament: “Vrees de Heer, u, Zijn heiligen, want wie Hem vrezen, hebben geen gebrek” (Psalm 34).
In het Nieuwe Testament wordt dit nog frequenter gedaan. Paulus noemt alle leden van Christus’ kerk in Rome ‘geliefden van God en geroepen heiligen” (Romeinen 1:7). In de aanhef aan zijn brief aan Efeze noemt hij ‘de heiligen en gelovigen in Christus Jezus’ (Efeze 1:1). Daarmee bedoelt hij niet twee groepen, maar één groep. Alle gelovigen zijn dus heiligen.
Heilig zijn
Je kunt dus zeggen dat in de Bijbel aan de ene kant een bijzondere groep van Gods dienaren (profeten en apostelen) ‘heilig’ wordt genoemd. Zij verdienen onze bijzondere achting.
Aan de andere kant zijn alle gelovigen heiligen: Ieder die gelooft in God en Zijn Zoon Jezus Christus is door God geroepen om heilig te zijn.
Alle Christenen zijn heiligen… en tegelijkertijd worden alle Christenen opgeroepen om heiligen te zijn.
Ook wij zijn dus heiligen vanwege onze verbinding met Christus. Christenen worden tot een heilig leven opgeroepen; ons dagelijkse leven hoort steeds meer te verlopen in Gods aanwezigheid. Dit is de Bijbelse beschrijving en de roeping van de heiligen.
De Bijbel trekt het perspectief dus open. In ons traditioneel denken over heiligen plaatsen we hen in de hemel. De Bijbel plaatst de heiligen op aarde.
Denken wij aan ‘heiligen’, dan denken we meestal aan mensen die door een Paus heilig of “zalig” zijn verklaard. Zoals laatst de zaligverklaring van Anna van Jezus door paus Franciscus in het Koning Boudewijn station.
In de Bijbel is elk mens, die in Jezus Christus gelooft, een heilige. Eigenlijk was Anna van Jezus al een heilige tijdens haar leven, omdat ze in geloof haar leven helemaal verbonden heeft met Jezus.
In de Bijbel worden heiligen opgeroepen om God te eren, te aanbidden en om tot God te bidden.
Laten we dan in deze eucharistie aansluiten bij die menigte die niemand tellen kan en God lof brengen!
Lees meer artikels.
