Skip to content
Homilie

Homilie Pater Paul De Bois 2 november 2024 : Allerzielen

We weten enkel dat ze ons gegeven werden vanuit Gods hand en dat Gods hand hen heeft opgevangen toen ze stierven.

Homilie Pater Paul De Bois 2 november 2024 : Allerzielen

Weet je welke plek in ons klooster mij altijd weer aanspreekt? De grote kloostergang beneden, waar aan de muur de grote necrologia borden hangen met daarop de naam, de data en een korte beschrijving van alle hier in ons klooster overleden medebroeders. In november zetten we er bloemen en een brandende kaars bij. 

Voor mij wordt daar de band tussen doden en levenden heel tastbaar. Ze hebben hun leven gegeven, aan God en aan de mensen. In andere tijden, in andere omstandigheden … aan ons vandaag om datzelfde ideaal te beleven in onze tijd. 

Er komt dan een liedtekst naar boven:

De heiligen ons voorgegaan

hebben hier niets verworven,

maar zijn aan ‘t einde van hun baan

als vreemdeling gestorven.

Maar zij geloofden dat Gods hand

die hen tot daar geleid had,

in ‘t beter, hemels vaderland

een stad voor hen bereid had. 
Geprezen zij zijn Naam,

Hij deed hen veilig gaan.

Kom zingen wij tesaam met alle heiligen.

Ik vind het zo mooi dat de liturgische kalender de novembermaand eerst laat beginnen met de vreugde van Allerheiligen. 

Onze ultieme eindbestemming als mens – de hemel – wordt ons voorgehouden als ‘bereikbaar’. Velen zijn er al aanwezig. Ze waren tijdens hun leven innig verbonden met Christus en uitten dit in woord en daad. Hun doorleefd geloof dient ons als wegwijzer, als opstap naar hierboven.

De tweede november is een minder gemakkelijke dag: zoveel herinneringen worden opgeroepen en meer dan gewoonlijk staan we stil bij wie we missen omdat ze zijn gestorven. 

Ik nodig je uit je ogen even te sluiten…en wie je mist zal in je gedachten komen. Zeg hun namen maar even in stilte – voor jezelf […]

Ze zijn gestorven, maar ze blijven leven omdat wij, wat ze ons leerden, nieuwe bedding geven door te leven en te geloven in de verrijzenis van de Heer Jezus. 

Onze overledenen … ze kwamen en trokken een vluchtig spoor in ’t aardse land. Vanwaar? Waarheen? We weten enkel dat ze ons gegeven werden vanuit Gods hand en dat Gods hand hen heeft opgevangen toen ze stierven. 

En wij … 

Hoop en vertrouwen op leven voorbij de dood mogen wij uitstralen, maar dat is niet altijd zo eenvoudig. Want ondertussen maken we het wel mee, mensen die ziek worden, lijden, soms gelukkig weer beter worden, soms sterven. Lijden en dood zijn ook niet glad te strijken met mooie of zalvende woorden, het kan gruwelijk zijn, zoals ook Jezus voorzag dat zijn eigen lijden gruwelijk zou zijn. 
Toch heeft Hij het op zich genomen om net als wij, te sterven. Door zijn dood is, zo leren de getuigen ons, wel aan het licht gekomen welke werkelijkheid er wacht op wie sterft in verbondenheid met Hem. Gaandeweg zijn zij tot het geloof gekomen dat  in het mysterie dat de dood voor ons is, ook een inwijding verborgen ligt in het mysterie van leven. 

In de eucharistieviering worden wij uitgenodigd dit geloofsmysterie te verkondigen, wanneer je antwoordt: “Heer Jezus, wij verkondigen uw dood, en wij belijden tot Gij wederkeert dat Gij verrezen zijt”. Deze uitnodiging tot verkondiging van dood en belijden van geloof in verrijzenis mag vruchtbaar worden in ons dagelijks leven. Dat kan als we, zoals vandaag, bidden voor onze overledenen, dat kan door bereid te zijn je in te laten met het lijden en sterven van mensen in jouw omgeving, met woorden, maar vooral met nabijheid en aandacht die in de lijdende en de stervende het vertrouwen kan sterken dat de dood geen gesloten cirkel is. Als u in het afgelopen jaar een dierbare hebt verloren dan hoop ik dat u vandaag ook kunt terugzien op zulke momenten. Dan hoop ik dat we samen verder kunnen gaan vanuit de diepe overtuiging: midden in het lijden en de dood, hopen en vertrouwen we op eeuwig leven …